Algemeen Bestuur DG&J overig

Het document “MJP-ambities DG&J 2024-2028” is het tweede tussenproduct op weg naar het nieuwe meerjarenbeleidsplan (MJP) van de DG&J. Dit document is tot stand gekomen op basis van input van gemeenten en DG&J. Aan de hand van de eerder opgeleverde Bouwstenennotitie, hebben zij nagedacht over de regionale ambities voor de DG&J. Ambities die bijdragen aan de hoofdopgave: verminderen van gezondheidsachterstanden en vergroten van ontwikkelingskansen.

Voorstellen voor beleidsintensiveringen worden op transparante wijze opgenomen in de concept-begroting 2025 van de GR DG&J die voor 15 april 2024 voor zienswijze aan de raden zal worden aangeboden. Daarbij wordt inzichtelijk gemaakt wat deze voorstellen beogen en vanuit welke bronnen deze gefinancierd worden.

In het najaar 2022 is het controleprotocol geactualiseerd naar aanleiding van de wetswijziging inzake rechtmatigheid. Het geactualiseerde controleprotocol is in december 2022 door het algemeen bestuur vastgesteld.
Gedurende 2023 is gebleken dat enkele passages in het controleprotocol onduidelijk zijn en niet in lijn zijn met de keuze om de rechtmatigheidsverantwoording 'lean' in te richten.

Gemeenten staan voor financiële uitdagingen, met name vanaf 2026 en onder andere door 'het financieel ravijn' dat veroorzaakt wordt door de landelijke wijziging in financieringssystematiek voor gemeenten.

Voor de jaren 2023 en 2024 heeft het algemeen bestuur ingestemd met extra middelen vanuit de inwonerbijdrage ten behoeve van het Meldpunt Zorg en Overlast.Dit deed u onder voorwaarde dat er een plan van aanpak zou worden opgesteld dat als resultaat moest hebben dat het Meldpunt Zorg en Overlast binnen begroting haar werk zou gaan doen.

Op grond van de leerplichtwet legt het college jaarlijks aan de raad verantwoording af over het gevoerde beleid inzake de handhaving van de leerplicht en de kwalificatieplicht en de resultaten daarvan. Het digitale jaarverslag LVS 2022-2023 geeft invulling aan deze verplichting.

In het kader van het transformatieplan 2018-2020 van ZHZ is in 2019 gestart met de harmonicavoorziening de Break op het terrein van ASVZ in Sliedrecht. Harmonica staat hier voor flexibel op- en afschalen van hulp. De hulp vanuit de Break kenmerkt zich door de ondersteuning en bescherming aan de thuiswonende jeugdige en de ouders door passende maar altijd korte vorm van 'time of respijt'. Die hulp wordt geboden door een team van verschillende jeugdzorgaanbieders, te weten ASVZ (als regievoerder), Enver, Horizon, Lelie Zorggroep en Yulius. Een traject duurt maximaal zes maanden en de jeugdige kan een aantal dagen op de locatie verblijven. Maar het uitgangspunt is dat het 'normale leven' van de jeugdige zoveel mogelijk doorgang vindt.
Het initiatief van de Break is een voorbeeld van de transformatie waar het gaat om jeugdigen zoveel mogelijk binnen de eigen omgeving te begeleiden, zorgen dat zo min mogelijk uithuisplaatsingen plaatsvinden, samenwerking vanuit verschillende disciplines (jeugdhulp, GGZ, gehandicaptenzorg) en het terugdringen van dure specialistische voorzieningen.

Door het AB is op 6 april 2023 met de eerste actualisatie van het bovenregionaal plan transitie jeugdhulpplus ingestemd. Het ministerie van VWS heeft aan dit plan de voorwaarde verbonden aan de coördinerende gemeente Rotterdam om dit plan halfjaarlijks te actualiseren. Deze is op 21 november jl. in de bovenregionale stuurgroep jeugdhulpplus landsdeel Zuidwest vastgesteld.

SOJ ZHZ verstrekt een aantal subsidies aan externe partijen (waaronder het Ouderplatform en Humanitas) op basis van de hardheidsclausule van de Algemene Subsidieverordening DG&J 2014 (Asv) jo. de subsidieregeling jeugdhulp ZHZ. Deze constructie wordt ingezet omdat zowel de Asv als de subsidieregeling jeugdhulp ZHZ in de huidige vorm onvoldoende aansluit op de gewenste en noodzakelijke subsidieverstrekking.
Om de subsidiebesluiten beter te laten aansluiten op de regelingen is het advies om de subsidieregeling jeugdhulp ZHZ aan te passen op een zodanige wijze dat de subsidies die momenteel verstrekt worden passen binnen de kaders van de regeling opdat de hardheidsclausule niet meer hoeft te dienen als juridische grondslag om deze subsidies toe te kennen.

In de subsidieregeling Jeugdhulp, zowel in de huidige als de aangepaste versie, is opgenomen dat het Dagelijks Bestuur jaarlijks een subsidieplafond vaststelt per subsidiabele activiteit (art. 7 lid 1). Dit voorstel is de toepassing van dit artikel. Het vaststellen van een subsidieplafond is noodzakelijk om de middelen die aan subsidies kunnen worden verstrekt te begrenzen. Het risico, wanneer er geen subsidieplafond wordt vastgesteld, is dat er meer aanvragen komen dan verwacht met een waarde die hoger is dan begroot. Deze aanvragen moeten dan in beginsel worden toegekend.